|
|
|
1. Kruisbeeld, canonborden en
liturgisch vaatwerk uit verschillende
series.
Tin,
rond 1930 - RG
|
|
|
|
2. Kruisbeeld 10 cm met
kandelaars 4 cm (kaarsdiameter 4 mm)
Tin, rond 1930 - RG
|
|
Liturgisch
vaatwerk
Het liturgisch vaatwerk
omvat:
-
Vasa sacra: Heilig vaatwerk
o.a. monstrans, ciborie,
miskelk, kelklepeltje, hostieschaal (pateen).
-
Vasa non sacra:
o.a. ampullen, wijwatervat,
wierookvat, wierookscheepje, vat voor vingerwassing.
|
|
 
|
|
3 - 4. Monstrans: 6 en 13 cm
De
monstrans (ostensorium) is een houder waarin de
geconsacreerde hostie wordt getoond.
Tin, rond
1930 - RG
|
|
5. Ciborie
Kelk (7,5 cm) met deksel waarin de
gecon-
sacreerde hosties
worden bewaard.
De ciborie wordt veilig
gesteld in het
tabernakel, afgedekt door een velum
(kelkdoek).
Tin, rond 1930 -
RG
|
|
|
|
|
|
6 - 7. Miskelk en
pateen: 6,5 en 6 cm
De miskelk
wordt tijdens de mis gebruikt om de te consacreren wijn in de
doen.
Daarnaast
ligt het bijbehorende pateen (patina) om de kelk af te
dekken.
Verder
wordt de hostie op het pateen gelegd en
gebroken.
Tin, rond
1930 - RG
|
|
 2.
Kruisbeeld cm met kandelaars cm (kaarsdiameter 4 mm)
8. Ampullen 5 cm
Schenkkannetjes voor het water
en de
wijn.
Tin, rond 1930 -
RG
|
|
|
9.
Wijwatervat 3 cm
Kom voor
wijwater met kwast voor
besprenkeling ter
reiniging van
de
ziel
Tin, rond
1930 - RG
|
|
 |
|
 
|
|
10 - 13. Wierookvat en
Wierookscheepje: 8/18 en 6 cm
Door de
deksel aan de middenketting omhoog te halen kan het wierookvat vanuit het
scheepje
met
bijbehorend lepeltje gevuld worden.
Met korte
zwaaibewegingen worden dan de te vereren mensen of objecten
bewierookt.
Tin, rond
1930 - RG
|
|
Diversen
|
|
  |
|
|
14.
Godslamp 7/23 cm
In katholieke kerken is de
Godslamp een olielamp die blijft branden
zolang
het Heilig Sacrament in het tabernakel
aanwezig is.
Tin,
rond 1930 - RG
|
|
| |
|
|
|
15. Monstrans 20 cm
Tin, rond
1930 - RG
|
|
|
|
|
|
